Internet Security

Gebruikerscontrole in- en uitschakelen

U kunt Ouderlijk Toezicht afzonderlijk in- en uitschakelen voor elke account. Zo hoeft u bijvoorbeeld niet de activiteit van een volwassen gebruiker van de beheerdersaccount. Ouderlijk Toezicht kan voor deze account worden uitgeschakeld. Voor andere gebruikers waarvan de activiteit moet worden gecontroleerd, dient Ouderlijk Toezicht te worden ingeschakeld en geconfigureerd door bijvoorbeeld de standaardconfiguratie vanuit een sjabloon te laden.

U kunt Ouderlijk Toezicht voor elke account in- of uitschakelen op de volgende manieren:

• vanuit het hoofdvenster van het programma;
• vanuit het venster Ouderlijk Toezicht;
• vanuit het instellingenvenster van Ouderlijk Toezicht.

U kunt Ouderlijk Toezicht in- of uitschakelen voor de huidige account met behulp van het contextmenu van het programmapictogram.

Ouderlijk Toezicht in- of uitschakelen voor een account vanuit het hoofdvenster:

1. Open het hoofdvenster van het programma en selecteer het onderdeel Ouderlijk toezicht links in het venster.
2. Rechts in het venster klikt u in het onderdeel met de gebruikersaccount op de knop als u Ouderlijk Toezicht voor de geselecteerde account wilt inschakelen. Als u Ouderlijk Toezicht wilt uitschakelen, klikt u op de knop .

Ouderlijk Toezicht in- of uitschakelen voor een account vanuit het venster Ouderlijk Toezicht:

1. Open het hoofdvenster van het programma en selecteer het onderdeel Ouderlijk toezicht links in het venster.
2. Rechts in het venster selecteert u de gebruiker waarvoor u Ouderlijk Toezicht wilt in- of uitschakelen.

   Het venster Ouderlijk Toezicht wordt geopend.

3. Open het tabblad Instellingen en selecteer het onderdeel Instellingen gebruikersaccount links in het venster.
4. Rechts in het venster vinkt u het vakje Controle voor gebruiker inschakelen aan als u Ouderlijk Toezicht voor de account wilt inschakelen. Vink het vakje uit als Ouderlijk Toezicht moet worden uitgeschakeld voor de account.
5. Klik op de knop Toepassen om de wijzigingen op te slaan die u hebt aangebracht.

Ouderlijk Toezicht in- of uitschakelen voor een account vanuit het venster Ouderlijk Toezicht:

1. Open het venster met de programma-instellingen.
2. Selecteer de component Geavanceerde instellingen in het onderdeel Ouderlijk Toezicht links in het venster.
3. Rechts in het venster selecteert u de gebruiker waarvoor u Ouderlijk Toezicht wilt in- of uitschakelen.
4. Klik op de knop Controleren bij de lijst met gebruikers als u Ouderlijk Toezicht voor de account wilt inschakelen. Als u Ouderlijk Toezicht wilt uitschakelen voor de account, klikt u op de knop Uitschakelen.

Ouderlijk Toezicht in- of uitschakelen voor de huidige account vanuit het contextmenu van het programmapictogram:

1. Klik met de rechtermuisknop om het contextmenu van het programmapictogram te openen.
2. Selecteer Ouderlijk Toezicht inschakelen als u de controle voor de huidige account wilt inschakelen. Selecteer Ouderlijk Toezicht uitschakelen als u de controle voor de huidige account wilt uitschakelen.