Overname van beperkingen van het bovenliggende proces

Een programma kan zowel door de gebruiker als door een ander actief programma worden gestart. Als de opstart door een ander programma wordt gestart, wordt een opstartprocedure gemaakt met boven- en onderliggende programma’s.

Wanneer een programma probeert toegang te krijgen tot een beschermde bron, analyseert Programmacontrole de rechten van alle bovenliggende processen van dit programma en worden deze vergeleken met de rechten die vereist zijn voor toegang tot deze bron. De regel van minimale prioriteit wordt dan in acht genomen: wanneer de toegangsrechten van het programma worden vergeleken met de rechten van het bovenliggende proces, worden de toegangsrechten met een minimale prioriteit toegepast op de programma-activiteit.

Prioriteit van toegangsrechten:

  1. Toestaan. Gegevens over toegangsrechten hebben de hoogste prioriteit.
  2. Vraag om actie.
  3. Blokkeren. Gegevens over toegangsrechten hebben de laagste prioriteit.

Dit mechanisme voorkomt dat een niet-vertrouwd programma of een programma met beperkte rechten gebruik kan maken van een vertrouwd programma om acties uit te voeren die bepaalde rechten vereisen.

Als de activiteit van een programma is geblokkeerd door het gebrek aan rechten verleend door het bovenliggende proces, kunt u deze rechten aanpassen of het erven van beperkingen van het bovenliggende proces uitschakelen.

Bewerk de rechten van een bovenliggend proces alleen als u absoluut zeker weet dat de activiteiten van het proces de veiligheid van het systeem niet in gevaar brengen.

Overname van beperkingen van het bovenliggende proces uitschakelen:

  1. Open het venster met de programma-instellingen.
  2. Selecteer de component Programmacontrole in het onderdeel Beschermingscentrum links in het venster.

    Programmacontrole inschakelen

    Dit vakje schakelt Programmacontrole in of uit.

    Programmacontrole voorkomt dat programma’s acties uitvoeren die een gevaar vormen voor het systeem om zo de controle van de toegang tot besturingssysteembronnen en uw identiteitsgegevens te verzekeren.

    De component volgt de acties in het systeem op die worden uitgevoerd door geïnstalleerde programma’s op de computer, en regelt ze op basis van de regels van Programmacontrole. Deze regels regelen potentieel gevaarlijke activiteit, inclusief de toegang van programma’s tot beschermde bronnen, zoals bestanden en mappen, registersleutels en netwerkadressen.

    Dit vakje is standaard aangevinkt.

    Programma’s

    Als u op de knop klikt, opent u het venster Programma’s. In dit venster kunt u de lijst met regels voor programma’s bewerken.

    Bronnen

    Knop die het venster Digitale identiteitsbescherming opent. In dit venster kunt u een lijst met identiteitsgegevens en een lijst met instellingen en bronnen van het besturingssysteem maken die moeten worden gescand door Programmacontrole wanneer pogingen tot toegang ertoe worden gedetecteerd.

    Via het onderdeel Programmabeperking kunt u de instellingen aanpassen die worden gebruikt door Programmacontrole om de programmagroep te definiëren.

    Kaspersky Internet Security wijst een status van een vertrouwensgroep toe aan alle programma’s die worden uitgevoerd op uw computer terwijl het let op de dreiging die ze vormen voor het systeem en op hun toegangsrechten voor systeembronnen.

    De volgende vertrouwensgroepen bestaan:

    • Vertrouwd. Programma’s met een digitale handtekening van vertrouwde leveranciers of programma’s die zijn opgenomen in de database met vertrouwde programma’s. Er worden geen beperkingen toegepast op de activiteiten van deze programma’s in het systeem. De activiteit van deze programma’s wordt bewaakt door Proactieve bescherming en Anti-Virus voor bestanden.
    • Laag beperkt. Programma’s die geen digitale handtekening van een vertrouwde leverancier hebben en niet zijn opgenomen in de database met vertrouwde programma’s. Deze programma’s hebben echter een lage bedreigingsbeoordeling gekregen (op basis van de gegevens ontvangen van de Kaspersky Security Network-service). Ze hebben bijvoorbeeld toegang tot andere processen, systeembewaking en verborgen netwerken. Voor de meeste handelingen is toestemming van de gebruiker vereist.
    • Hoog beperkt. Programma’s zonder digitale handtekening en die niet zijn opgenomen in de database met vertrouwde programma’s. Deze programma’s hebben een hoge bedreigingsbeoordeling. Voor de meeste activiteiten die het systeem beïnvloeden, hebben de programma’s van deze groep toestemming van de gebruiker nodig. Sommige acties zijn niet toegestaan voor deze programma’s.
    • Niet vertrouwd. Programma’s zonder digitale handtekening en die niet zijn opgenomen in de database met vertrouwde programma’s. Deze programma’s hebben een zeer hoge bedreigingsbeoordeling. Kaspersky Internet Security blokkeert alle activiteiten die door deze programma’s worden uitgevoerd.

    Laad regels voor programma’s vanaf Kaspersky Security Network(KSN)

    Als dit vakje is aangevinkt, verstuurt Programmacontrole een verzoek naar de Kaspersky Security Network-database om de programmagroep te bepalen.

    Als dit vakje niet is aangevinkt, zoekt Programmacontrole niet naar informatie in de Kaspersky Security Network-database om de programmagroep te bepalen.

    Dit vakje is standaard aangevinkt.

    Werk regels bij voor eerder onbekende programma’s vanaf KSN

    Als dit vakje is aangevinkt, worden de controleregels voor eerder onbekende programma’s automatisch bijgewerkt vanaf KSN.

    Als dit vakje niet is aangevinkt, wordt de automatische update van regels voor eerder onbekende programma’s uitgeschakeld.

    Dit vakje is standaard aangevinkt.

    Vertrouw programma’s met digitale handtekening

    Als dit vakje is aangevinkt, beschouwt Programmacontrole programma’s met digitale handtekening als vertrouwde programma’s. Programmacontrole verplaatst deze programma’s naar de groep Vertrouwd en scant hun activiteit niet.

    Kaspersky Internet Security wijst een status van een vertrouwensgroep toe aan alle programma’s die worden uitgevoerd op uw computer terwijl het let op de dreiging die ze vormen voor het systeem en op hun toegangsrechten voor systeembronnen.

    De volgende vertrouwensgroepen bestaan:

    • Vertrouwd. Programma’s met een digitale handtekening van vertrouwde leveranciers of programma’s die zijn opgenomen in de database met vertrouwde programma’s. Er worden geen beperkingen toegepast op de activiteiten van deze programma’s in het systeem. De activiteit van deze programma’s wordt bewaakt door Proactieve bescherming en Anti-Virus voor bestanden.
    • Laag beperkt. Programma’s die geen digitale handtekening van een vertrouwde leverancier hebben en niet zijn opgenomen in de database met vertrouwde programma’s.
      Deze programma’s hebben echter een lage bedreigingsbeoordeling gekregen (op basis van de gegevens ontvangen van de Kaspersky Security Network-service). Ze hebben bijvoorbeeld toegang tot andere processen, systeembewaking en verborgen netwerken. Voor de meeste handelingen is toestemming van de gebruiker vereist.
    • Hoog beperkt. Programma’s zonder digitale handtekening en die niet zijn opgenomen in de database met vertrouwde programma’s. Deze programma’s hebben een hoge bedreigingsbeoordeling. Voor de meeste activiteiten die het systeem beïnvloeden, hebben de programma’s van deze groep toestemming van de gebruiker nodig. Sommige acties zijn niet toegestaan voor deze programma’s.
    • Niet vertrouwd. Programma’s zonder digitale handtekening en die niet zijn opgenomen in de database met vertrouwde programma’s. Deze programma’s hebben een zeer hoge bedreigingsbeoordeling. Kaspersky Internet Security blokkeert alle activiteiten die door deze programma’s worden uitgevoerd.

    Als het vakje niet is aangevinkt, beschouwt Programmacontrole programma’s met digitale handtekening niet als vertrouwde programma’s en scant de component hun activiteiten.

    Dit vakje is standaard aangevinkt.

    Gebruik de heuristische analyse om de groep te definiëren

    Programmacontrole gebruikt heuristische analyse om de groep van een onbekend programma te definiëren. Nadat de programma’s zijn gescand, plaatst Programmacontrole ze in een groep.

    Technologie ontworpen voor de detectie van dreigingen die niet kunnen worden geïdentificeerd met de databases van het Kaspersky Lab-programma. Hiermee kunnen objecten worden gedetecteerd die vermoedelijk geïnfecteerd zijn met een onbekend virus of met een nieuwe variant op een bekend virus.

    Met heuristische analyse wordt tot 92% van alle bedreigingen gedetecteerd. Dit mechanisme is vrij effectief en leidt zelden tot valse positieven.

    Bestanden die door middel van heuristische analyse worden gedetecteerd, worden als verdacht beschouwd.

    Verplaats automatisch naar de volgende groep

    Programmacontrole plaatst automatisch een onbekend programma in één van de drie vertrouwensgroepen uit de de vervolgkeuzelijst. De lijst is beschikbaar als de instelling Verplaats automatisch naar de volgende groep is geselecteerd.

    Maximale tijd om de programmagroep te definiëren

    Tijdsduur vereist voor Programmacontrole om uitgevoerde programma’s te scannen, met behulp van de heuristische analyse. De tijdsduur wordt in seconden ingesteld.

    Programmacontrole analyseert standaard een programma gedurende 30 seconden. Als, wanneer deze periode voorbij is, de bedreigingsbeoordeling niet duidelijk kan worden gedefinieerd door Programmacontrole, verplaatst de component het naar de groep Laag beperkt . Programmacontrole blijft het programma scannen in de achtergrondmodus, waarna het wordt geplaatst in een vertrouwensgroep.

    Kaspersky Internet Security wijst een status van een vertrouwensgroep toe aan alle programma’s die worden uitgevoerd op uw computer terwijl het let op de dreiging die ze vormen voor het systeem en op hun toegangsrechten voor systeembronnen.

    De volgende vertrouwensgroepen bestaan:

    • Vertrouwd. Programma’s met een digitale handtekening van vertrouwde leveranciers of programma’s die zijn opgenomen in de database met vertrouwde programma’s. Er worden geen beperkingen toegepast op de activiteiten van deze programma’s in het systeem. De activiteit van deze programma’s wordt bewaakt door Proactieve bescherming en Anti-Virus voor bestanden.
    • Laag beperkt. Programma’s die geen digitale handtekening van een vertrouwde leverancier hebben en niet zijn opgenomen in de database met vertrouwde programma’s. Deze programma’s hebben echter een lage bedreigingsbeoordeling gekregen (op basis van de gegevens ontvangen van de Kaspersky Security Network-service). Ze hebben bijvoorbeeld toegang tot andere processen, systeembewaking en verborgen netwerken. Voor de meeste handelingen is toestemming van de gebruiker vereist.
    • Hoog beperkt. Programma’s zonder digitale handtekening en die niet zijn opgenomen in de database met vertrouwde programma’s. Deze programma’s hebben een hoge bedreigingsbeoordeling. Voor de meeste activiteiten die het systeem beïnvloeden, hebben de programma’s van deze groep toestemming van de gebruiker nodig. Sommige acties zijn niet toegestaan voor deze programma’s.
    • Niet vertrouwd. Programma’s zonder digitale handtekening en die niet zijn opgenomen in de database met vertrouwde programma’s. Deze programma’s hebben een zeer hoge bedreigingsbeoordeling. Kaspersky Internet Security blokkeert alle activiteiten die door deze programma’s worden uitgevoerd.

    Via het onderdeel Extra kunt u de tijd instellen voor het scannen van het programma en de verwijdering van programmaregels beheren.

    Een regel is een aantal reacties die Programmacontrole gebruikt als antwoord op programmabewerkingen met diverse categorieën van besturingssysteembronnen en persoonlijke gegevens.

    Mogelijke reacties van het onderdeel zijn:

    • Erven. Programmacontrole bewaakt de programma-activiteit met behulp van de regel die is opgegeven voor de status die werd toegewezen aan dat programma.

      Dit is de standaardreactie. Programmacontrole neemt standaard toegangsrechten van de status over die is toegewezen aan programma.

      Als u een regel voor een bepaald programma hebt gewijzigd, zullen de regelinstellingen een hogere prioriteit hebben dan de instellingen gedefinieerd voor de betreffende status.

    • Toestaan. Programmacontrole staat toe dat een programma een actie uitvoert.
    • Blokkeren. Programmacontrole staat niet toe dat een programma een actie uitvoert.
    • Vraag om actie. Programmacontrole meldt de gebruiker dat een programma een actie probeert uit te voeren, en vraagt de gebruiker om verdere acties.
    • Gebeurtenissen registreren. Programmacontrole registreert de programma-activiteit en de reacties erop. Het toevoegen van informatie aan een rapport kan samen met elke andere actie van Programmacontrole worden gebruikt.

    Verwijder regels voor programma’s die langer inactief blijven dan

    Dit vakje schakelt de optie in of uit voor de automatische verwijdering van regels voor programma’s die gedurende de opgegeven periode niet werden uitgevoerd. De periode wordt in dagen opgegeven.

    Een regel is een aantal reacties die Programmacontrole gebruikt als antwoord op programmabewerkingen met diverse categorieën van besturingssysteembronnen en persoonlijke gegevens.

    Mogelijke reacties van het onderdeel zijn:

    • Erven. Programmacontrole bewaakt de programma-activiteit met behulp van de regel die is opgegeven voor de status die werd toegewezen aan dat programma.

      Dit is de standaardreactie. Programmacontrole neemt standaard toegangsrechten van de status over die is toegewezen aan programma.

      Als u een regel voor een bepaald programma hebt gewijzigd, zullen de regelinstellingen een hogere prioriteit hebben dan de instellingen gedefinieerd voor de betreffende status.

    • Toestaan. Programmacontrole staat toe dat een programma een actie uitvoert.
    • Blokkeren. Programmacontrole staat niet toe dat een programma een actie uitvoert.
    • Vraag om actie. Programmacontrole meldt de gebruiker dat een programma een actie probeert uit te voeren, en vraagt de gebruiker om verdere acties.
    • Gebeurtenissen registreren. Programmacontrole registreert de programma-activiteit en de reacties erop. Het toevoegen van informatie aan een rapport kan samen met elke andere actie van Programmacontrole worden gebruikt.

    Standaard verwijdert Programmacontrole regels voor programma’s die meer dan 60 dagen niet werden uitgevoerd.

    Dit vakje is standaard aangevinkt.

  3. Rechts in het venster klikt u in het onderdeel Programmaregels en beschermde bronnen configureren op de knop Programma’s.
  4. In het geopende venster Programma’s selecteert u de vereiste programma uit de lijst.
  5. Klik op de knop Bewerken.
  6. In het geopende venster Programmaregels selecteert u het tabblad Uitzonderingen.
  7. Vink het vakje Beperkingen van het bovenliggende proces (programma) niet erven aan.
Internet Security arr Overname van beperkingen van het bovenliggende procesNaar boven

Overname van beperkingen van het bovenliggende proces